Uitvaart Informatie: Begrippen en zaken rond verzorging en opbaring.

Op deze pagina vindt u een omschrijving van zaken die van belang zijn rond verzorging en opbaring van de overledene. Wilt u terug naar de algemene Uitvaart Informatie index, click dan hier. U kunt ook onderaan deze pagina terugkeren naar de algemene index. Onderstreepte begrippen zijn ook apart omschreven, door er op te clicken gaat u direct naar de betreffende beschrijving.


Balsemen
In Nederland is het volgens de Wet op de Lijkbezorging op een aantal uitzonderingen na niet toegestaan een overledene te balsemen. Bij balsemen worden de lichaamsvloeistoffen vervangen door een conserverende stof. Deze stof zorgt er voor dat het lichaam van de overledene (zeer) lange tijd niet zal Ontbinden. Na toestemming is het onder voorwaarden soms toegestaan om een overledene te balsemen die moet worden overgebracht naar het buitenland. Ook leden van het Koninklijk huis mogen gebalsemd worden.

Doorgroeien
Het is een hardnekkig misverstand dat na overlijden de nagels en haren van de overledene nog doorgroeien. Dit is niet het geval. Echter, doordat het vocht uit de handen, voeten en het gezicht wegzakt, trekt de huid zich wat terug waardoor meer nagel en meer haar zichtbaar wordt. Het kan dus wel zo zijn dat na een Laatste verzorging waarbij de nagels zijn geknipt en/of de overledene is geschoren, het na een paar dagen nodig is om dit te herhalen.

Gezondheidsrisico's
Na overlijden ligt het inwendige afweersysteem van een overledene stil. Dit betekent dat bacteriën die in ieder lichaam voorkomen, zich veel makkelijker kunnen vermenigvuldigen. Wanneer een overledene geen Verwondingen of Vochtverlies heeft, behoeft dat geen probleem te zijn. Er is dan medisch gezien geen enkele reden om de overledene niet aan te raken. Wanneer er wel sprake is van verwondingen en/of vochtverlies kan het verstandig zijn bij het aanraken van de overledene latex handschoenen te dragen en/of een mondkapje. Iedere uitvaartverzorger heeft deze standaard bij zich.

Kleding
Wanneer iemand is overleden, wordt met de nabestaanden overlegt welke kleding de overledene moet dragen. Soms is dit door de overledene bij leven al bepaald. Dit kan ook de kleding zijn die de overledene al droeg bij overlijden. In de Wet op de Lijkbezorging zijn geen bepalingen opgenomen omtrent de kleding van een overledene. Vaak worden overledenen opgebaard in hun mooiste kleding. Wel is het goed te bedenken dat wanneer een overledene bijvoorbeeld in zijn beste pak wordt Opgebaard op bed, het er erg onnatuurlijk kan uitzien. Bijvoorbeeld omdat de overledene bij leven nooit in zijn beste pak op bed zou gaan liggen. Om die reden kiezen sommigen er voor de overledene in bed op te baren in bedkleding. Natuurlijk kan een overledene ook opgebaard worden zonder kleding en bijvoorbeeld (deels) worden toegedekt met een laken. Synthetische en/of luchtdichte kleding wordt bij begraven wel afgeraden omdat dit het Ontbindingsproces tegenhoudt. Ook kleding die bij een crematie giftige gassen afgeeft, wordt natuurlijk sterk afgeraden. Het is een hardnekkig misverstand dat bij het kleden van een overledene wel eens botten zouden worden gebroken. Dat is NIET het geval. Door de Lijkstijfheid kan het wel voorkomen dat gewrichten wat kraken wanneer ze worden bewogen, maar er wordt niets gebroken.

Koeling
Om het lichaam van een overledene in een zo goed mogelijk staat te houden, is het belangrijk het lichaam zo koel mogelijk te houden. Dit betekent dat een overledene bij opbaring op een speciale koelplaat wordt gelegd. Dit geldt ook wanneer de overledene al in de uitvaartkist is gelegd, ook de uitvaartkist wordt dan geplaatst op een speciale koelplaat. Deze koelplaat zorgt er voor dat het lichaam afkoelt tot rond 0 graden. Hierdoor zullen de bacteriën in het lichaam zich veel minder vermenigvuldigen, waardoor het Ontbindingsproces wordt geremd.

Laatste verzorging
De verzorging van het lichaam van de overledene wordt vaak de laatste verzorging genoemd. In de volksmond wordt nog vaak gesproken van afleggen. Werd vroeger deze laatste verzorging vooral door de uitvaartverzorger gedaan, tegenwoordig gebeurt dit desgewenst steeds meer in samenwerking met of zelfs door de nabestaanden. Ook de inhoud van de laatste verzorging is sterk in ontwikkeling. Vroeger werden bij een overledene standaard alle lichaamsopeningen dichtgestopt om Vochtverlies te voorkomen. Tegenwoordig wordt veel meer volstaan met het aanbrengen van een speciale luier tegen eventueel vochtverlies en worden lichaamsopeningen past gestopt wanneer dit nodig zou blijken te zijn. Ook de manier van het Sluiten van de mond en het Sluiten van de ogen is sterk aan verandering onderhevig. Bijna altijd wordt een overledene gewassen. Wanneer hiervoor echter geen noodzaak is en de nabestaanden willen dit liever niet omdat het bijvoorbeeld totaal niet past bij de overledene om door een vreemde gewassen te worden, kan dit wassen ook achterwege blijven. In overleg met de nabestaanden kan de laatste verzorging uit veel meer zaken bestaan zoals scheren, make-up, haren wassen en/of kammen, nagels verzorgen ed.

Lijkstijfheid
Na het overlijden begint het lichaam langzaam af te koelen. Afhankelijk van de omgevingstemperatuur is deze afkoeling ongeveer 0,5 - 1 graad per uur. Een aantal uren na het overlijden zijn de spieren zodanig afgekoeld dat ze beginnen te verstijven. Dit veroorzaakt de lijkstijfheid. Na 1 - 1,5 dag is de lijkstijfheid compleet. Na zo'n 3 dagen beginnen de spieren echter weer te verslappen waardoor de lijkstijfheid weer vermindert. Wanneer door lijkstijfheid gewrichten moeilijk te bewegen zijn, bijvoorbeeld bij de Laatste verzorging of bij het aantrekken van Kleding kan de lijkstijfheid door massage plaatselijk verminderd worden.

Ontbindingsproces
Na het overlijden verliest het lichaam de natuurlijke afweer. Dit betekent dat bacteriën zich makkelijk kunnen vermenigvuldigen. Deze bacteriën zijn de oorzaak van de geleidelijke ontbinding van het lichaam. Koeling van het lichaam remt deze ontwikkeling, warmte bevordert de ontbinding. Ontbinding van een lichaam komt dus van binnenuit. Balseming en Thanatopraxie gaan deze ontbinding (tijdelijk) tegen. Wanneer een lichaam te snel ontbindt kan dit voor de omgeving Gezondheidsrisico's veroorzaken in het directe contact met de overledene. Er kan dan worden besloten om de overledene te omhullen met een Overledenenhoes. Normaalgesproken zijn deze gezondheidsrisico's er niet.

Opbaarplank
Wanneer geen gebruik wordt gemaakt van een uitvaartkist, kan bijvoorbeeld gekozen worden voor het gebruik van een opbaarplank. Voordeel is dat de overledene veel beter zichtbaar is dan in een kist en het geheel er veel natuurlijker uitziet. Op een opbaarplank kan de overledene worden opgebaard in een Lijkwade of worden gewikkeld in doeken. Maar opbaren kan natuurlijk ook zonder bedekking van de overledene of met (gedeeltelijke) bedekking van een laken of deken zoals op een bed. Opbaarplanken zijn o.a. verkrijgbaar in hout of riet, maar zijn ook betrekkelijk eenvoudig zelf te maken. Er is ook een Opbaarplank met deksel verkrijgbaar waarbij de op een opbaarplank opgebaarde overledene kan worden omsloten met een soort omgekeerde kist. Bij het gebruik van een opbaarplank is het wel verstandig te informeren naar de regels bij de Begraafplaatsbeheerder of bij het crematorium te informeren naar de mogelijkheden voor het Cremeren zonder kist.

Opbaren in een kist
Een overledene kan kort na overlijden of op een later tijdstip worden opgebaard in een Uitvaartkist. Bij de meeste uitvaartkisten moeten nabestaanden vlak bij de kist staan om in de kist de overledene te kunnen zien. Sommige kisten hebben echter een lagere opstaande rand. Er zijn verschillende deksels voor kisten. In kisten met een deksel uit één geheel is de overledene alleen zichtbaar wanneer het deksel is verwijderd of slechts gedeeltelijk op de kist rust. Bij een deksel dat uit twee gedeelten bestaat, kan bijvoorbeeld alleen de onderkant op de kist geplaatst worden, zodat de overledene voor de helft zichtbaar is. Er zijn ook deksels die uit meerdere delen bestaan zodat de kist verder of minder ver gesloten kan worden. Tenslotte bestaan er deksels uit één geheel met in de bovenkant een te openen Venster waardoor alleen het gezicht van de overledene zichtbaar wordt. De kist met de overledene kan bijvoorbeeld op speciale schragen worden gezet al dan niet met een doek er om heen. Desgewenst kan de overledene wat worden afgeschermd door middel van kamerschermen.

Opbaren in een rouwcentrum
Een rouwcentrum heeft meestal één of meerdere rouwkamers of opbaarkamers welke kunnen worden gehuurd om een overledene de dagen tussen overlijden en de uitvaart op te baren danwel om de overleden gedurende deze dagen een plaats te geven. In sommige rouwcentra kunnen de nabestaanden 24 uur per dag naar de overledene toe, in andere rouwcentra alleen op bepaalde tijdstippen en/of alleen op afspraak. De meeste rouwkamers zijn zo ingericht dat een aantal aanwezigen rond de overledene kunnen staan of zitten en zijn nogal somber en steriel ingericht. In de meeste rouwkamers kan de overledene alleen worden Opgebaard in een kist. Maar gelukkig: Het kan ook anders.

Opbaren op bed
Wanneer een overledene thuis wordt opgebaard, gebeurt dat vaak op bed. Zeker wanneer het warm is, is het daarbij belangrijk de temperatuur in de kamer te verlagen door de verwarming dicht te draaien en/of door het gebruik van een mobiele airco. Daarnaast zorgt ook een speciale Koeling er voor dat het lichaam van de overledene zo veel mogelijk afkoelt. Door keuzes te maken met betrekking tot de Kleding en de Laatste verzorging kan het desgewenst zoveel mogelijk lijken alsof de overledene slaapt.

Pacemaker
Bij een crematie is het niet toegestaan dat de overledene een pacemaker draagt. Deze zal in dat geval door de uitvaartverzorger worden verwijderd. Dit kan kort na overlijden bij de Laatste verzorging maar zou bijvoorbeeld ook kunnen vlak voordat de overledene wordt gecremeerd. Wanneer de overledene wordt begraven, is het verwijderen van de pacemaker meestal niet verplicht.

Sluiten van de mond
Voor nabestaanden is het vaak niet prettig wanneer de mond van een overledene niet gesloten is, hoewel sommige nabestaanden dat juist geen probleem vinden. Wanneer nabestaanden de mond van de overledene graag gesloten willen hebben, is het verstandig om na het overlijden iets onder de kin van de overledene te doen waardoor de mond wordt dicht gehouden voordat de Lijkstijfheid geleidelijk intreedt. Een opgerold handdoekje kan hiervoor prima dienst doen. Een uitvaartverzorger heeft hiervoor ook speciale steuntjes beschikbaar. Wanneer een steuntje niet toereikend is kan geprobeerd worden om met wat lijm de mond te sluiten. In sommige gevallen is er geen andere oplossing dan het gebruik van naald en draad om de mond van de overledene (onzichtbaar) te sluiten.

Sluiten van de ogen
Veel mensen overlijden met de ogen gesloten. Soms zijn de ogen echter open of gaan ze na overlijden alsnog open. Vaak zijn de ogen dan met de hand eenvoudig te sluiten. Mocht dit niet lukken, dan zorgt een klein stukje dun papier onder het ooglid er vaak al voor dat de ogen gesloten blijven. Desgewenst beschikt een uitvaartverzorger vaak ook over speciale oogkapjes die onder het ooglid geplaatst kunnen worden. Door deze oogkapjes blijven de ogen niet alleen gesloten, het voorkomt ook dat na verloop van enige dagen de ogen gaan invallen door Vochtverlies.

Thanatopraxie
Thanatopraxie is, net als Balsemen, een manier om het Ontbinden van het lichaam tegen te gaan. Ook hierbij worden de lichaamsvloeistoffen vervangen door een conserverende stof. De samenstelling van deze stof is zodanig dat het lichaam van de overledene maximaal 10 dagen in goede staat blijft, ook zonder koeling. Bij balsemen is deze periode veel langer. Thanatopraxie is sinds begin 2010 in Nederland toegestaan. Om dit toe te passen, dienen de meeste uitvaartverzorgers wel een hiervoor opgeleide specialist in te zetten.

Verwondingen
Wanneer een overledene verwondingen heeft, zal door de uitvaartverzorger getracht worden om Vochtverlies via deze verwondingen te voorkomen. Kleine wondjes kunnen vaak afgeplakt worden of met snelfixerende lijm worden dichtgeplakt. Dit geldt ook voor wondjes die achterblijven na bijvoorbeeld het verwijderen van een infuus. Om Gezondheidsrisico's te voorkomen zal de uitvaartverzorger hierbij latex handschoenen dragen. Wanneer een overledene grotere verwondingen heeft, bijvoorbeeld door een ongeval, zal in veel gevallen door de uitvaartverzorger een specialist worden ingeschakeld.

Vochtverlies
Na overlijden komen alle vloeistofstromingen in het lichaam tot stilstand. Geleidelijk zal alle vloeistof in het lichaam zich ophopen op de laagste plek. Bij een overledene zal dus al vrij snel de huid verkleuren doordat het bloed wegtrekt uit de bovenste helft van het lichaam. De huid wordt witter en de ogen zakken in. Doordat de huid zich terug trekt door vochtverlies lijkt het of nagels en haren nog Doorgroeien. Wanneer het lichaam heel veel vocht bevat, bijvoorbeeld door ziekte voor het overlijden, kan het gebeuren dat dit vocht probeert het lichaam te verlaten via lichaamsopeningen. Vroeger werd daarom veelal preventief iedere lichaamsopening door de uitvaartverzorger dicht gestopt. Tegenwoordig gebeurt dat veelal pas op het moment dat dit noodzakelijk blijkt te zijn. Hiervoor heeft een uitvaartverzorger diverse middelen tot zijn beschikking. Mocht het vochtverlies zodanig zijn dat de uitvaartverzorger het niet kan stoppen, dan kan besloten worden om de overledene in een vochtdichte Overledenenhoes te doen en/of de overledene in een gesloten uitvaartkist te doen. Dit omdat dit vocht Gezondheidsrisico's kan geven, maar ook erg onaangenaam kan ruiken.



Wilt u terug naar de algemene Uitvaart Informatie index, click dan hier.